Koekhuisje

Scheid het eiwit van het eigeel door het ei in twee helften te breken en de dooier heen-en-weer te gieten tussen 2 eierschalen. Laat hierbij het eiwit langzaam in een vetvrije beslagkom lopen. Ga door tot de dooier achterblijft. Zorg dat er geen eigeel bij het eiwit komt.

Klop het eiwit met een mixer stijf. Voeg al kloppend de poedersuiker eetlepel voor eetlepel toe aan het eiwit tot er een glazuur ontstaat. Het glazuur is klaar als er met een mes in gesneden kan worden en de snijlijn nog duidelijk zichtbaar blijft.

Doe het glazuur in een diepvrieszakje, knip een klein hoekje van de punt af en gebruik de zak als spuitzak. Nu kan het koekhuisje met deze 'lijm' geplakt worden.

Bestrijk de zijkanten van de gevel van het dak (smalle kant naar onderen) met glazuur. Zet de gevel en het dak op de bodemplaat en plak het tegen elkaar aan.

Snijd uit de tweede gevel een deur met een scherp mesje. Bestrijk de zijkanten van de gevel met glazuur en plak deze tegen het dak aan.

Bestrijk de zijkanten van het tweede dak met glazuur en sluit daarmee het huis. Snijd de deur in twee helften, zodat je twee deurtjes krijgt. Bestrijk een kant van elk deurtje met glazuur en plak de deurtjes ieder aan een kant van de deuropening.

Versier het huisje met decoraties, plak vast met glazuur. Spuit eventueel kleine sneeuwvlokjes / ijspegels met glazuur op het huisje.

Knutseltip: Knip de figuurtjes uit de verpakking en zet ze voor het huisje of plak ze met glazuur op het huisje.