Bereid het biscuitbeslag en de botercrème volgens de aanwijzingen op de verpakkingen. Bak twee taarten. Haal de biscuitbodems na het bakken uit de vormen en laat deze afkoelen.

Baktijd: 30 - 40 Minuten

Temperatuur oven met boven- en onderwarmte: 170 °C

Temperatuur heteluchtoven: 170 °C

Snijd de twee taarten horizontaal doormidden om 4 lagen te krijgen. Bestrijk elke laag rijkelijk met de botercrème en stapel de vier taartdelen op elkaar. Bestrijk de stapel taarten aan de bovenkant en rondom met een dun laagje botercrème.

Bestuif het aanrecht met wat bloem en rol nu met de lange reep rolfondant uit, groot genoeg om de taartomtrek te bekleden. Rol een tweede lap uit voor de bovenkant. Druk de rand van de springvorm op de rolfondant en snijd de vorm rondom uit. Bedek hiermee de bovenkant van de taart. Sluit de randen met een likje botercrème.

Rol een stuk witte rolfondant uit tot een lange reep. Snijd met een scherp kunststof mesje figuurtjes, driehoeken en pieken uit de reep. Samen vormen deze de bergen die je aan de zijkant van de taart plakt.

Rol van restjes witte rolfondant een rompje, een hoofd, twee armpjes en de bolle buik. Plak de romp en het hoofdje aan elkaar met wat botercrème. Maak een muts van blauwe en roze rolfondant. Plak deze op het hoofdje. Teken het gezichtje met een chocoladestift. Bestrijk de bolle buik met wat botercrème en haal het buikje door de roze glittersuiker. Plak tenslotte de bolle buik en de armen op de romp. Maak zo nog een paar sneeuwpoppen.

Plak met wat botercrème de bergen aan de zijkant van de taart. en daaroverheen de sneeuwpoppen. Bestrooi tenslotte de bovenkant van de taart met roze glittersuiker en decoreer met echte hulstblaadjes. Bestrooi deze eventueel met wat poedersuiker.

Maak van restjes rolfondant het sneeuwpopje bovenop de taart. Maak 2 balletjes voor de romp en het hoofdje en druk deze op elkaar. Maak de muts en het sjaaltje van restjes gekleurde rolfondant en teken het gezichtje met Chocolade Stift.